LUCA School of Arts
Zurück zur Projektliste- Standort
- Brussels, Belgien
- Jahr
- 2013
- Bauherrschaft
- LUCA School of Arts, Dexia Real Estate
- Architecture
- POLO Architects - Greisch - Coppée
Kunstencampus Sint-Lukas Brussel was het resultaat van een decennialange, stapsgewijze expansie binnen een bouwblok in het dichte stedelijke weefsel van Schaarbeek. Sint-Lukas evolueerde over de jaren tot een chaotisch maar charmant doolhof met een kluwen van trappen, niveauverschillen en uitgehakte doorgangen in gemene muren. Het was een plaats in het dichte stedelijke weefsel van Schaarbeek waar de studenten konden verdwalen, waar ze zich konden verstoppen of afzonderen, waar ze zich een plek konden toe-eigenen om kunst te maken en te tonen.
DOORWAADBARE CAMPUS
De school was echter afgeleefd. Ze beantwoordde niet meer aan de veiligheidsnormen. Er was nood aan een ingrijpend vernieuwingsproject. Sint-Lukas schreef een ontwerpwedstrijd uit en liet aan de ontwerpers de keuze voor een nieuwbouw of een renovatieproject.
Het ontwerpvoorstel van POLO Architects werd gekozen omdat het de charme en het informele karakter van de school wist te bewaren. Geen tabula rasa, geen al te rationele nieuwbouw. Het ontwerp behoudt enkele van de meest waardevolle gebouwen en binnenkoeren. Andere worden afgebroken. Aan de Paleizenstraat en aan de Groenstraat komen twee nieuwe gebouwen. De opengewerkte gevelwanden worden uitnodigende toegangspoorten tot de 'doorwaadbare' campus, die is opgevat als een opeenvolging van patio's. Een 'uitgestelde entree' aan de Paleizenstraat – je komt binnen en je staat meteen weer buiten – geeft toegang tot de centrale binnenkoer.
ZWEVENDE PASSERELLE
Met de vernieuwing bood de kans zich aan om de topografie en het stedelijk landschap van de Zennevallei te versterken. De sterk hellende flank van de vallei – het gebouwencomplex overbrugt een hoogte van 12 meter tussen de Paleizenstraat en de Groenstraat – was door de wildgroei aan koterijen en bijgebouwen aan het zicht en de ervaring onttrokken.
De ruggengraat van het ontwerp is een zwevende passerelle die alle gebouwen met elkaar verbindt. De passerelle is meteen ook de foyer voor studenten, docenten en bezoekers. Ze bevindt zich op maaiveldniveau voor wie de school langs de Paleizenstraat betreedt, maar zweeft al gauw uit boven de dieper gelegen campus. De passerelle biedt overzicht en oriëntatie. Door sommige koertjes, zoals de buitenruimte voor het beeldhouwatelier, tot onder het maaiveld uit te graven, wordt de bijzondere topografie nog verder 'gedramatiseerd'. De vallei is opnieuw kenbaar en leesbaar gemaakt.
CHAOTISCHE VRIJHEID
De interne indeling van de gebouwen breekt met de klassieke opzet van een kunstschool. Ze gaat uit van een mozaïek van activiteiten. Kunst is al lang geen verzamelnaam meer voor onderscheiden disciplines.
Er is geen klassieke indeling volgens departementen of disciplines, maar een groepering volgens functies. Leslokalen, ateliers en kantoren kunnen op die manier maximaal gedeeld worden, wat samenwerking en kruisbestuiving in de hand werkt.
De vernieuwde campus biedt nog steeds de wat chaotische vrijheid van weleer. Hij is open en doorwaadbaar en heeft meerdere toegangen. De school is nog steeds een doolhof met verborgen hoeken en kanten. Een toevallige bezoeker loopt er wellicht verloren, maar de doorgewinterde student vindt er opnieuw een eigen plek om zijn eerste stappen als kunstenaar te zetten.